×
Met je poes of kat naar de dierenarts

Met je poes naar de dierenarts

 

Ook poezen moeten van tijd tot tijd naar de dokter. Ze worden al eens ziek, maar ook supergezonde exemplaren belanden minimaal eenmaal per jaar onder doktershanden Interne linkvoor de toediening van de noodzakelijke vaccinatieprikken.

 

 

Op raadpleging


En het is met dieren al net zo gesteld als met kinderen: witte jassen, injectienaalden en pilletjes, dat wekt hoegenaamd geen plezierige gevoelens op.

Toch hoeft een dierenartsbezoek geen drama te zijn, mits je de volgende praktische tips in acht neemt.

  • Ga zelf met het dier naar de dierenarts toe. Ten eerste is alles voor een goed diagnostisch onderzoek in de dierenartspraktijk aanwezig. Meer ingewikkelde onderzoeken, zoals radiografie, bloedname, microscopisch onderzoek, echografie en ECG, kunnen daar meteen worden uitgevoerd. Aldus bespaar je bij ernstige ziekten heel veel tijdverlies en nutteloos heen-en-weer rijden. Ten tweede is de kat over het algemeen veel rustiger in een vreemde omgeving, in vergelijking met thuis. Op eigen terrein kunnen poezen tijdens onderzoek echte tijgers zijn of kunnen baas en dierenarts urenlang op de 'gekste' plaatsen achter de kat aanjagen: onder of boven op kasten en bedden, onder en achter zetels, of waar dan ook.
     
  • Maak een afspraak met de dierenarts. Dit is erg nuttig voor het geval je poes de aanwezigheid van een ander dier in de wachtkamer niet op prijs stelt. Vooral poezen die geen honden gewend zijn zullen dit zeer appreciëren.Een afspraak is sowieso aan te raden als je met een kitten gaat, in verband met mogelijk infectiegevaar door andere patiënten. Vervoer de poes steeds in een stevige,goedafsluitbare reiskooi en houd haar in de wachtkamer daarin. Jouw dier mag dan sociaal zijn, andere patiënten zijn dat mogelijkerwijs niet, en conflicten in de wachtkamer dienen te allen tijde vermeden te worden.
     
  • Verwittig de dierenarts van tevoren als je weet dat je kat niet erg handelbaar is. De dierenarts kan dan zijn voorzorgsmaatregelen nemen. Wees niet verbolgen wanneer hij wil dat je poes in een dwangkooi gaat: immers, de handen van de dierenarts zijn zijn belangrijkste instrumenten en die moeten beschermd worden tegen beten en krabben. Gelukkig hebben de meeste dieren zulke maatregelen niet nodig.
     
  • Maak het dier er al van jongs af aan aan gewend dat je zijn muiltje opent om erin te kijken, zijn oren inspecteert enzovoort. Dit zorgt ervoor dat hij zulke behandelingen op de onderzoektafel als normaal ervaart en dat er minder stress optreedt bij dier, dierenarts en eigenaar.
     
  • Heb je het vermoeden dat het dier last heeft van zijn urinewegen (hij drinkt veel, plast veel, heeft eventueel bloed in zijn urine): breng dan bij het bezoek aan de dierenarts meteen al wat urine mee. Best is de ochtendurine, opgevangen voor de eerste poezemaaltijd in een proper recipiënt en afgesloten.
    Urine opvangen bij de kat is helemaal niet zo'n gemakkelijke opgave. Dit doe je als volgt. Maak de kattenbak leeg, spoel hem goed na met zuiver water en droog hem af met een propere doek. De poes wordt opgesloten in een kleine ruimte samen met zijn lege kattenbak. Nadat ze geplast heeft, giet je de urine van de kattenbak over in een schoon potje. Lukt het met de lege kattenbak niet, dan heeft de dierenarts wel een verpakking Katkor voor u; dit zijn plastic korreltjes die de kattenbakvulling vervangen en waarin de urine niet indringt, en alzo ook kan afgenomen worden met de bijhorende pipet en buisje. Klaar is kees!
     
  • Heeft de kat last van zijn maag-darmstelsel (diarree, braken), dan kun je meteen al wat van zijn uitwerpselen meebrengen.
    Aldus kan hieruit veel waardevolle informatie over de ziekte worden afgeleid.
     
  • Soms moet de behandeling van de ziekte thuis worden verder gezet, zoals bijvoorbeeld bij oorontsteking, of moeten er tabletten worden toegediend dan wel injecties, zoals bij suikerziekte of, bij allergische patiënten, desensibilisatie. Vraag in dat soort gevallen aan de dierenarts of hij de juiste handeling voor wil doen. Wees niet beschaamd om het bij de dierenarts te oefenen. Immers, de dokter is zulke handelingen gewend, jij niet, en enkel bij correcte behandeling zal de kwaal te genezen of onder controle te houden zijn.
     
  • Als je een kwaal bij je huisdier opmerkt, ga dan niet aan zelfmedicatie doen. Een poes is geen mens, en niet alle geneesmiddelen voor de mens kunnen worden toegepast op het dier. Bijvoorbeeld: zoiets als een onschuldig aspirientje kan bij poes maagbloedingen veroorzaken en zelfs sterfte ; een verkeerde oogzalf kan de oogkwaal nog doen verergeren; medicijnen waarin morfineachtige bestanddelen verwerkt zijn, kunnen bij poes zeer vreemde reacties opwekken. Een dier kan niet zeggen wat hij voelt; een deskundig onderzoek is dan ook een must.
     
  • Toch kun je thuis al heel wat nuttig voorbereidend werk doen.
    Indien je poes braakt of diarree heeft, laat je haar vasten tot je bij de dierenarts geweest bent. Wat de oorzaak ook is van de maagdarm ongesteldheid: dit is altijd een correcte aanpak.
    Tranende ogen mag je steeds uitkuisen met afgekoeld gekookt water waarin je een mespuntje keukenzout hebt gedaan.
    Wat je zeker niet moet doen bij huidproblemen, is het dier van tevoren wassen. je moet je echt niet schamen als de huid van je dier er vies uitziet. Als je hem gaat wassen, neem je eventuele symptomen weg die essentieel zouden kunnen zijn bij de diagnosestelling.
     
  • Heel nuttig is ook een goede analyse. Dat wil zeggen: observeer je poes grondig en vertel de dierenarts alles wat je hebt gezien aan afwijkingen van het normale patroon.

Hoe subtiel de afwijking ook mag zijn, alle info kan waardevol zijn in verband met de diagnosestelling. Van belang kan het antwoord zijn op vragen als: drinkt het dier meer? Zondert hij zich af? Zijn zijn eetgewoonten of gewicht veranderd? Hoest hij? Klinkt hij schor bij miauwen? Hoelang zijn de symptomen al aan de gang? Krabt hij zich? Is het jeukgevoel erger tijdens bepaalde seizoenen, op bepaalde plaatsen, na bepaald voedsel? Zoekt het dier warme of juist koude plaatsen op?

Soms kan de dierenarts bij wijze van spreken al bijna de diagnose stellen aan de hand van de correcte info van de goed oplettende eigenaar.

 

De operatiepatiënt

Wie een huisdier heeft, krijgt soms te maken met het feit dat het dier op de operatietafel moet. Je zult dit zeker een keer meemaken, al was het alleen maar vanwege de castratie of sterilisatie van je kater of kattin. Maar er kunnen meerdere redenen voor operatie zijn.

Drie typen operatie:

  1. De meest frequent uitgevoerde operatie is die van castratie/sterilisatie. Deze gebeurt bij klinisch gezonde dieren.
     
  2. Andere operaties dienen ter genezing van zieke dieren . Een zeer frequent voorkomende operatie is het verwijderen van de melkkieren bij borstkankers. Daarna volgen het verwijderen van huidtumoren en tumoren in het algemeen; wegnemen van de baarmoeder bij baarmoederontsteking (pyometra); spoelen van abcessen.

    Bij jonge dieren: vooral darmoperaties, namelijk in verband met het verwijderen van ingeslikte 'vreemde voorwerpen' (balletjes, noten, speeltjes enzovoort). Verder: oog(lid)operaties, tandproblemen, orthopedische correcties enzovoort.
     
  3. Ten slotte is er het derde type operatie: de chirurgische behandeling van ongelukken en spoedgevallen . Te denken valt hierbij aan: gebroken botten, diepe huidwonden enzovoort.

 

Anesthesie (verdoving)


Om welk type operatie het ook gaat: de kat moet steeds in anesthesie, en juist dit onderdeel van de operatie jaagt menig poezen-eigenaar schrik aan.

Nochtans is de kennis van anesthesie (dat wil zeggen: omtrent toegepaste produkten en methoden) de laatste jaren enorm toegenomen en is de begeleiding van de slapende patiënt heel intensief geworden. Daarbij wordt gebruikgemaakt van: monitoring van hartslag en ademhaling, warmte, toediening van baxtervocht enzovoort. Het gevolg hiervan is dat het operatierisico tot een minimum zijn beperkt.

Tot een minimum, want sterfte kan altijd voorkomen - net zoals bij humaan chirurgisch optreden. Zo kan de kat allergisch reageren op een van de gebruikte anesthesieprodukten; de algemene toestand van het dier was al zo slecht bij aanvang van de spoedoperatie dat het lichaam het opgeeft enzovoort. Maar toch is het aantal doden tijdens of direct na operatie flink gedaald gedurende het laatste decennium.

Bij langdurige of delicate operaties wordt dan ook gebruikgemaakt van gasanesthesie. Na de voorbereidende prikken, met als doel de kat te kalmeren en zijn lichaamsfuncties te ondersteunen, wordt soms een tube in zijn luchtpijp gebracht en wordt hij aan het gas gelegd. Dit gas bestaat uit een bepaald mengsel van zuurstof, lachgas en halothaan. De toevoer ervan is zeer nauwkeurig te regelen, zodat de patiënt nooit te diep in slaap geraakt.

Bij routine-ingrepen gebruikt de dierenarts de inspuitbare middelen. Er bestaat een aantal produkten die zeer efficiënt en zeer veilig werken. Maar welke methode ook gebruikt wordt, het is vooral de ervaring van de anesthesist met het toegepaste produkt die van groot belang is.

 

Begeleiding van de operatiepatient


De voorbereidingen de recuperatie achteraf zijn minstens zo belangrijk voor een goed verloop als de ingreep zelf. Dit ligt voor een groot deel in de handen van de poezeëigenaar, wanneer het althans niet om spoedgevallen gaat. De richtlijnen van de dierenarts moeten dan ook nauwkeurig worden opgevolgd.

Over het algemeen, tenzij de dierenarts anders voorschrijft, moet de kat nuchter aangeboden worden voor een operatie. Dit wil zeggen: het dier mag minimaal 12 uur voor de operatie niet meer eten (liefst echter 18 tot 24 uur). Ook de drinkbak wordt weggenomen, een achttal uren voor de operatie. Soms mag het dier wel blijven drinken.

Zorg ervoor dat het dier proper is en parasietvrij, met andere woorden: vlovrij, en ontworm hem een weekje van tevoren.

De vaccinaties moeten in orde zijn (dus maximaal één jaar oud).

Specifieke maatregelen moeten worden getroffen voor de operatie van suikerzieke patiënten en epilepsielijders.

Suikerzieke katten moeten vasten, maar mogen die dag geen insulineprik krijgen.

Epilepsielijders moeten hun medicatie verder nemen, en ze zijn gevoelig voor bepaalde anesthesieprodukten. Daarom kun je best aan de dierenarts extra melden dat je kat epileptisch is.

Na de operatie houdt de dierenarts de patiënt meestal in hospitalisatie (zeker wanneer het een risicogeval betreft). Net zolang tot de poes voldoende wakker is om naar huis te gaan. Dit wordt gedaan uit voorzorg. Immers, voor de eigenaar is het nogal een zware taak om het dier te begeleiden: vaak braakt het dier na verdoving, laat de urine of feces lopen. Bovendien kan de kat tijdens het wakker worden uit de verdoving wat vreemd reageren, zodat de dierenarts vaak voor niets ongerust door de eigenaar wordt gebeld, omdat deze denkt dat er iets misgaat. En gaat er werkelijk iets mis, dan verliest hij heel veel tijd om met het dier terug naar de dierenarts te rijden.

Terug thuisgekomen moet het dier in een warme en rustige omgeving worden gehouden.

Tenzij anders voorgeschreven (zoals bijvoorbeeld na een maag-darmoperatie) mag het dier kleine hoeveelheden water drinken, zo'n achttal uren na de operatie.
Eten wordt verstrekt, weerom in kleine hoeveelheden, zo'n 24 uur erna.

Heeft de kat een snijwonde, dan mag hij die niet likken. Indien hij dit toch doet, moet de wonde worden beschermd met een passend verband of wordt er een kraag rond de nek van het dier geplaatst. Dit om te voorkomen dat hij met zijn tong de wonde kan bereiken.

Ondanks het feit dat poes er vrij wakker uitziet, heeft ze nog niet al haar reflexen terug. Daarom moet je haar minstens één dag binnenhouden. Het zou niet de eerste kat zijn die net na een verdoving onder een auto loopt of een sprong doet met slechte afloop, omdat de reflexen nog niet de oude zijn.

Is het dier twee dagen na de operatie nog suf of krijgt hij geen eetlust, neem dan contact op met de dierenarts. Zoiets kan abnormaal zijn. Bij routine-operaties moeten de hechtingen na een tweetal weken worden verwijderd. Bij zware operaties is het advies de wonde na een drietal dagen te laten controleren.

 

Regelmatige controle bij uw dierenarts


Regelmatige controles kunnen helpen bij het in een vroeg stadium opsporen van gezondheidsproblemen. Uw kat goed in de gaten houden en het doen van een maandelijks oppervlakkig onderzoek kan resulteren in een flinke besparing op uw dierenartsrekeningen en het kan de levensduur van uw kat verlengen. Hier komt bij dat de extra aandacht uw kat en u ten goede zal komen! Hieronder volgt een zeer eenvoudige thuisbeoordeling die u zelf kunt doen. Meld om het even welke problemen aan uw dierenarts!!!

Algemene Verschijning:
Let op uw kat als hij rondloopt. Let op hinken,gewichtsafname/gewichtstoename. Is hij waakzaam? Is zijn houding normaal?

Ogen:
let op afscheiding, roodheid. Let op tekenen die wijzen op een ontsteking. Let op troebelheid. Hebt u tekenen van een gezichtsstoornis, zoals het niet zien van speelgoed of het tegen dingen aanlopen opgemerkt?

Oren:
Afscheiding uit de oren? Zijn de kanalen rood geworden of geïrriteerd? Dit kan een infectie of oormijt zijn (oormijt kun je meestal herkennen aan donkerbruine, kruimelige afscheiding en aan het veelvuldig krabben). Ruik aan de oren. Hebben zij een sterke of gistachtige geur? De oren zouden schoon moeten ruiken. Maak de de oren regelmatig schoon met de hiervoor aangewezen producten.

Neus:
Let op afscheiding, verstopte ademhaling. Indien dit het geval is kan de kat een ontsteking aan de bovenste luchtwegen hebben.

Mond en Keel:
Doe de lip omhoog en bekijk het tandvlees. Ziet het er ontstoken uit? Zijn er tanden gebroken of missend? Zit er tandsteen op de tanden? Ziet u zwellingen in het gezicht? Ziet u zwellingen op de keel? Een regelmatig tandhygiëneprogramma kan hierin werkelijk verschil uitmaken.

Buik:
Laat uw handen voorzichtig over de kat's buik gaan. Heeft hij pijn? Ziet de buik er opgezwollen uit? Voelt u bulten of verdikkingen?Gebruikt uw kat de kattenbak regelmatig en zoals normaal? (dit is vanzelfsprekend lastiger als u kat zijn behoefte buiten doet..)

Hals en Ruggegraat:
Glijd voorzichtig met uw handen vanaf de hals tot aan het eind van de staart. Bemerkt u hierbij pijn? Bemerkt u om het even welke duidelijke beperkingen van het bewegingsapparaat?

Huid en Vacht:
Verzorgt de kat zich behoorlijk ? Langharige katten dient u regelmatig te kammen. Bemerkt u ongewoon haarverlies? Is de huid vettig of juist te droog ? Heeft de kat externe parasieten zoals vlooien of teken? Let ook op builen en bulten op de huid.

 

Wanneer moet U contact opnemen met de dierenarts?

De onderstaande verschijnselen geven een globaal overzicht wanneer U het beste direct de dierenarts kan consulteren:

  • Als het dier in elkaar zakt of stuiptrekkingen vertoont.
  • Als het dier vaker of meer plast dan normaal of als een zindelijk dier plotseling in huis plast.
  • Wanneer uw dier zichtbaar pijn heeft en/of perst bij het plassen of de ontlasting, steeds kleine beetjes plast of abnormaal lang blijft zitten op de kattenbak of bij het uitlaten.
  • Als het dier ongewoon veel drinkt.
  • Bij een hardnekkige hoest of abnormale ademhaling.
  • Bij diarree of braken langer dan 24 uur.
  • Bij verlies van eetlust langer dan 24 uur.
  • Bij zwakheid of lusteloosheid.
  • Als u rond of onder een verband een zwelling ontdekt, als het verband onaangenaam ruikt of de huid eromheen verkleurt.
  • Als het verband verschuift of losraakt.
  • Als het dier voortdurend aan de wond likt of het verband kapot bijt
  • Bij kreupelheden, verlammingen of veranderingen in de manier van lopen of rennen.
  • Als uw huisdier zich duidelijk niet prettig voelt door ongemakkelijke bewegingen die steeds worden herhaald.

In elk ander geval bij twijfel is het altijd verstandig de hulp van een dierenarts in te roepen.