×
Vogels - Kippen

Verzorging en huisvesting

 

Huisvesting


Wanneer men een keuze heeft gedaan uit de vele rassen, doet men er goed aan daarmee rekening te houden bij de bouw van het hok. Bij de lichte rassen, die hun vleugels goed gebruiken, moet een uitloop overdekt zijn. Middelzware rassen blijven wel binnen een omrastering van 1,75 meter. Kiest men een zwaar ras, dan moeten de zitstokken niet te hoog boven de vloer zijn. Kippen van een zwaar ras hebben meestal kortere vleugels en zullen nooit zo hoog springen. Het van de stok springen kan, als de afstand te groot is, bij zware rassen wel ongemakken met zich meebrengen voor de dieren. Ook de legnesten moeten groter zijn, opdat de dieren niet te benauwd hoeven te zitten. In de stads tuin heeft men met verschillende dingen rekening te houden. De huisvesting van de kippen kan echter zonder bezwaar aangepast worden. Het hok moet zo zijn, dat het aan alle eisen voldoet. Men moet op de volgende punten letten. Dat de plaatsing van het hok zo is, dat het met de voorzijde zoveel mogelijk op het zuid-oosten staat, dat de bodemopervlakte toereikend is voor het aantal daar in te houden kippen, dat de kubieke inhoud van het hok toereikend is en het hok van een goede ventilatie is voorzien door ventilatie-openingen of ramen.

Het dak moet voldoende afhellen, dit voorkomt lekkages, de achterzijde en de zijkanten van het hok geheel gesloten zijn. Dat men langs de open voorzijde een circa 25 cm bodemplank aanbrengt om grondtocht en strooiselverlies tegen te gaan. Dat het kippenhok niet op de laagste plaats in de tuin wordt geplaatst om wateroverlast te voorkomen. Dat het hok beschutting biedt zowel bij zeer heet als zeer koud weer. Dat de kippen beschermd worden tegen kleine roofdieren en dat ratten en muizen evenals muggen geen toegang tot het hok hebben. We kunnen dit bereiken door een goede fundering van het hok en het gebruik van fijn kippen of voliere gaas.

Per kip dient men minstens 1 m2 bodemoppervlakte te hebben, krielhoenders kunnen met de helft van de ruimte toe. Kuifhoenders houdt men in een geheel afgedekte ren omdat ze niet in de regen mogen lopen. Als ze met een natte kuif voedsel zoeken, plakt er zand, strooisel of meelvoer in de kuif en dit ruineert de kuif geheel. Vervuilde kuiven kunnen moeilijk weer geheel schoon gewassen worden, we moeten het vuil worden voorkomen. Ze mogen de kuif niet langs het nat gaas kunnen schuren, de afdekking moet voldoende oversteken. Hoenders met voetbevedering zoals bijvoorbeeld brahma's hebben een brede uitloop-opening nodig dan de gladbenige rassen. Als ze regelmatig met hun voetveren langs hokdelen strijken, slijten de voetveren snel van de tenen. De bodem moet voor deze rassen droog en zanderig zijn, zodat het strooisel niet aan de voetveren blijft kleven en beschadigingen veroorzaakt.

We kunnen daarom het beste beginnen met een vaste bodem in het hok. Het beste voldoet een gestort betonnen vloertje. Hierop komt een dikke laag strooisel, die regelmatig ververst wordt. Als er niet teveel kippen in het hok gehouden worden, is het voldoende als het strooisel er tweemaal per jaar uitgeschept wordt vervangen door nieuw strooisel. Bij een dichte bezetting kan het nodig zijn zijn de bodembedekking iedere maand te vervangen. Als strooisel gebruiken we houtschaafsel of houtmot, turfstrooisel, zand of kaf. Een hok van 4 bij 2 meter heeft voldoende bodemruimte voor 6 kippen en 1 haan. Het beste hok is van duims hout met een dubbel dak, bijvoorbeeld een beschoten pannendak of hout met rubberoid bedekt. het dubbele dak voorkomt de vorming van condens-water tijdens vriezend weer. Een overstekende luifel voorkomt inregenen. We maken het hok zo eenvoudig mogelijk, zonder tierelantijnen en onbereikbare hoeken. Het hok wordt aan de buitenkant gebeitst en van binnen gewit. De zitstokken moeten rechthoekig in doorsnee zijn; ronde stokken geven de kippen te weinig steun. Ze moeten uitneembaar zijn en 5 tot 6 cm breed voor hoenders en 3 tot 4 cm. voor krielen. De scherpe kanten worden afgerond. De oppervlakte van de legnesten kunnen ongeveer 30 bij 30 cm zijn bij een hoogte van 40 cm. men plaatst die zo, dat ze niet alleen makkelijk te reinigen zijn, maar iets in het donker. Dergelijke nesten worden graag door de hennen gebruikt. Een flinke laag stro of hooi helpt het breken van de eieren voorkomen.

 

Pikken

 

Zodra de jonge kuikens rondlopen, hebben ze een aangeboren drang in bewegende voorwerpen te pikken. Dit kan vaak ontaarden in het pikken van tenen van andere kuikens. Het gevolg is dan dat men in een bepaalde groep kuikens erg veel dieren met beschadigde tenen krijgt, met afgepikte nagels en teen kootjes. In andere gevallen pikken kuikens en oudere dieren hun hokgenoten de veren uit het lijf, als er bloed vloeit wordt het pikken nog erger en kunnen er slachtoffers vallen. Zodra men het tenenpikken en het verenpikken waarneemt, moet men maatregelen nemen. Meer ruimte voor de kuikens, verandering van strooisel. b.v. turfstrooisel in plaats van houtmot en een donkerder omgeving kunnen helpen. Een goede hulp hierbij is een spuitbus met een kwalijk ruikende vloeistof waarmee de slachtoffers spaarzaam worden bespoten: Anti-kanibaal. Het vervelende eiereten kan men voorkomen door bij jonge hennen tijdig, dus voor de leg, Kalkeieren in het legnest te leggen.

 

Hoe stop ik de broedsheid?

 

Haal de eieren minstens 1 maal per dag weg. De eieren waarop ze al een paar dagen heeft gezeten niet meer opeten. Zet haar tegen de avond ook even in de ren waar je wat graan hebt gestrooid, dan eet ze wat en moet even lopen naar het nachthok waarbij ze vast ook langs de waterbak komt. De broedsheid zal dan vanzelf over gaan. Broeden verzwakt kippen altijd, het kost ze energie dus als het niet nodig is niet laten doen. Mocht de hen erg hardnekkig zijn zet haar dan apart in een kaal hok zonder strooisel, natuurlijk wel met legkorrels/meel en water.